Inleiding
Op basis van orienterend literatuuronderzoek, theoretische overwegingen en strategische argumenten is gekozen voor een operationalisatie en conceptualisatie zoals beschreven in Module A. Twee methodische pijlers vormen daarbij het fundament voor dit nieuwe verklaringsmodel: de adaptieve keten die seksuele selectie (op soortniveau) verbindt met verschillen in besluitvorming (op individueel niveau) en de vier fundamentele vragen, waarmee men die keten, als geheel maar ook iedere schakel separaat, kan bevragen i.c.:
- De waarom-vraag: vanwaar de noodzaak voor het betreffende fenomeen?
- De hoe-vraag: hoe werkt het fenomeen?
- De ontstaansvraag: wat is de (evolutionaire) historie van dit fenomeen?
- De verwervingsvraag: hoe verwerft de huidige mens dit fenomeen?
Hoewel men dit bevragingsproces zowel prospectief als retrospectie kan doorlopen, is hier gekozen om seksuele selectie als startpunt te nemen zodat er een chronologisch overzicht ontstaat over de wijze waarop seksuele selectie (op soortniveau) nog altijd doorwerkt in ieder huidige indivu als 'moeder aller keuzes'. Achtereenvolgens komen hier aan de orde:
- Narratieve verslaglegging van alle schakels in de keten
- De ontwikkeling van enkele bijzondere schakels.
Meer weten? Zie ELO-Evolutiepsychologie