Inleiding

Op basis van de nieuwe inzichten wordt een aantal veel gebruikte, maar helaas weinig wetenschappelijk onderbouwde manieren om individuele verschillen in besluitvorming te verklaren, kritisch tegen het licht gehouden en worden hardnekkige controverses in een ander perspectief geplaatst. Daartoe komen aan de orde: 

 

Persoonlijkheidsleer is een deelgebied van de psychologie dat zich richt op de verschillen en overeenkomsten tussen individuen. In klassieke zin gaat het vrijwel altijd om de uitwerking van een mensbeeld, zoals het behaviorisme of humanisme. Probleem daarbij is tweeledig: 

De ogenschijnlijke, intuïtieve vanzelfsprekendheid van gedrag, het feit dat veel wetenschappers zich niet bewust zijn van inclusieve fitness, het ultimate doel van het individu (of dit ontkennen ), en de complexe berekeningsprocessen van het brein die zich onder de radar van de waarneming voltrekken, werken misleidend. Zoals de verkeerde notie dat gedrag kan worden verklaard als uitsluitend wordt uitgegaan van observatie zonder een a-priori theorie of wetenschappelijk kader (Block, 2005; Boyle, 2008; Kline, 2007). Dit heeft voor deze thesis onder meer geleid tot de constatering dat het begrip ‘persoonlijkheid’ geen afspiegeling (meer) kan zijn van de werkelijkheid. Om die reden is de hypothese het concept fundamentele motivatie ontwikkeld dat het begrip ‘persoonlijkheid’ moet vervangen. Hieronder wordt op deze visie een toelichting gegeven.

  1. Inleiding
  2. Het ontstaan van het brein en fundamentele motivatie
  3. De ontwikkeling van fundamentele motivatie van het individu
  4. Life history perspective
  5. Contrast met klassieke tests
  6. Conceptueel model ontwikkeling individuele fundamentele motivatie
  7.  

 

 

Meer weten? Zie ELO-Evolutiepsychologie