2.2.2.2.2 Toekomstgericht

Hoewel bij een keuze idealiter een perfect evenwicht zou ontstaan tussen perceptie en predictie, blijft er altijd een zekere mate van onzekerheid bestaan. Want nadat de ontvangen en voorspelde informatie zo goed mogelijk met elkaar in evenwicht zijn gebracht, blijft er een groot aantal mogelijke alternatieven over, bestaande uit de talloze mogelijkheden die zich voordoen volgens de ‘afstand’ tussen waardes van 0 en 1. Om die reden berekent het brein de ontvangen informatie en zet de uitkomst op basis van een voorspelling om op basis van een Bayesiaanse waarschijnlijkheidsvoorspelling, inclusief de medierende input van het motivatieprofiel van het individu. Deze voorspelling wordt vervolgens omgezet in gedrag (Hohwy, 2013). Om optimaal te kunnen reproduceren (zelf, of door bij te dragen aan het succes van anderen) handelt het individu dus in belangrijke mate op basis van een best guess, waarbij het individu zichzelf in een mogelijke toekomstige situatie c.q. scenario voorspelt (Seth, 2017). Daarom wordt de waargenomen en verwerkte informatie een gecontroleerde illusie genoemd (Brown et al., 2013; Brown & Friston, 2013; Friston, 2010; Hohwy, 2013; Seth, 2017). Die illusie betreft zowel hoe de zoeker de wereld onderzoekt, inclusief en met name potentiele partners, maar ook hoe diezelfde zoeker als adverteerder gevonden wil worden door anderen. Op basis van dit intentionele ideaalplaatje en de reacties uit de omgeving daarop, stuurt men vervolgens het handelen bij. Dat lukt de een soms beter dan de ander waardoor sommigen te maken krijgen met een ongecontroleerde illusie met gevolgen voor hun waarneming en gedrag.




Er zijn dus twee objecten in bovenstaand proces:

EN: er is een daaruit voortkomend interactieproces...

In het informatieproces van het brein is bij de mens een belangrijke rol weggelegd voor de anterior insular cortex (AIC) en de anterior cingulate cortex (ACC) die tegelijk geactiveerd worden maar verschillende functies hebben in het top-down en bottom-up proces (Damasio, 2010). AIC zorgt voor de bewuste beleving en ervaring van emoties. Terwijl Interoceptieve (interne) waarneming van de fysiologische toestand van het lichaam registreert, refereert exteroperceptie (externe) via de sensorische eigenschappen aan de positie en de bewegingen van het lichaam in de ruimte. Het brein beschikt over neurale categorieën om fenomenen praktisch in te delen voor ‘gebruik’ en maakt selecties aan de hand van specifieke eigenschappen (Miller et al., 2003). 

Fantaseren Verwachten Voorspellen

Perception of the world is a fantasy that coincides with reality (2007), interpreteert het individu zijn waarneming – om begrijpelijke redenen - als realiteit.
Het brein geeft kleuren, vormen, geuren en geluiden een plaats geeft in de beleving van het individu. 
Geheim want wat het brein niet wil toegeven is dat deze ervaring berust op een, door datzelfde brein veroorzaakte, controlled illusion (Frith, 2007) of een controlled hallucination (Seth, 2013, 2021). 
Wat het individu ziet, hoort, ruikt of voelt is zijn realiteit. Het brein creëert een realiteit die slechts één doel heeft: gebruik maken van de functie van het individu als reproduction machine (Tooby & Cosmides, 2015). 
En om dat mogelijk te malen, tovert het brein een ‘sprookjeswereld’ die, dankzij allerlei manipulaties, de werkelijkheid verbergt en een illusie creëert die zo goed mogelijk bijdraagt tot reproductief succes (Hoffman, 2012).

 Voorspellend brein; het brein maakt voorspellingen van de kansen en bedreigingen en weegt sociale waardes af. Als het brein een mismatch ontdekt tussen een voorspelling en de wat het aan informatie doorkrijgt van zijn zintuigen, zal het proberen de wereld rond het individu te veranderen en het gedrag van anderen te beïnvloeden. Dat betekent dat de sociale strategie van ieder van de drie motivatieprofielen verschillend is.

Meer weten? Zie Spec.eigenschappen