7.2.1 Evolutionair historisch kader
Eén van de boeiende onderwerpen in de evolutie van de mens is de vraag naar waarom en hoe de verschillen tussen mens en andere soorten hominiden c.q. primaten zijn ontstaan. Zijn we zo uniek, of gewoon ‘Another unique species’ (Foley, 1987). Deze vraag houdt die eerste soort al een aantal decennia bezig. Hoewel er over adaptaties, het werkingsprincipe van erfelijke eigenschappen, al geruime tijd consensus bestaat, geldt dat niet voor alle factoren die daarbij een rol spelen. Veel onderzoekers hebben lang gezocht naar één enkele oorzaak, een soort magic bullet (Downes, 2013). Anderen, zoals Tooby & DeVore (1987), zijn van mening dat de mens is geëvolueerd door een samenloop van een aantal min of meer toevallige, ecologische en sociale omstandigheden. Daardoor werd de vroege Homo een generalist specialist (Roberts & Stewart, 2018). Evolutie verloopt willekeurig in de zin dat, aangezien iedere nieuwe generatie één of meerdere mutaties meekrijgt, het organisme door natuurlijke en seksuele selectie wordt ‘getest’ op zijn fitness. Deze tests zijn rigoureus: het organisme krijgt geen kwartier! De vraag die in dit hoofdstuk centraal staat is dan ook waarom en hoe alleen de mens een mens werd en geen andere primaat. Vaak gaat de natuur ook akkoord met convergente oplossingen die tot hetzelfde resultaat leiden, en inderdaad heeft er wellicht een twintigtal hominiden bestaan (Smithsonian, 2020). Alvorens in te gaan op mogelijke verklaringen voor dat onderscheid, in de literatuur samengevat onder de noemer cognitieve niche, schetsen we hier eerst kort de globale tijdlijn van de evolutie van de mens. Tijdlijn en cognitieve niche geven niet alleen houvast om tot een verklaring te komen, maar ook de mogelijkheid om een aantal fundamentele concepten van de evolutiepsychologie toe te lichten. De kernconcepten daarvan zijn ook opgenomen in het als bijlage toegevoegde glossarium (bijlage x). Onderstaand overzicht laat het aantal mogelijke mensachtigen zien die op basis van hun fossiel worden gerekend tot vroege hominiden.
We baseren ons hier in belangrijke mate op de indeling en definities van Buss, 2004; Foley, 2016; Gibbons, 2014; Hare et al., 2012; Hare, 2017; Hawkes, 2013; Smithsonian, 2020; Potts, 2012; Stringer, 2016 en Tooby & DeVore, 1987; Tooby & Cosmides, 1992. Voor een recent overzicht, zie Burkart et al., 2014; Cody Prang, 2019; DeFilepe, 2011; Hare, 2017; Holstein & Foley, 2017.
Meer weten? Zie Het narratieve kader