3. Managementsamenv.

ABSTRACT

Het onderwerp van dit onderzoek is individuele verschillen in besluitvorming in relatie tot seksuele selectie. De rationale daartoe luidt als volgt:

Als wetenschappelijk kader is gekozen voor seksuele selectie en daarmee voor de evolutiepsychologie omdat dit perspectief:

Leidraad in dit op literatuur gebaseerde onderzoek is dan ook onderstaande gedachtegang bij de genoemde vier vragen en de faciliterende keten:

Waarom; motivatie (als adaptatie) reguleert de balans tussen kosten en baten die bij de mens primair betrekking hebben op diens sociale bestaan. In dat sociale bestaan kan men drie domeinen onderscheiden, waarin motivatie-(deel)processen in meer of mindere mate een rol spelen:

Kortom, individuele verschillen in besluitvorming bestaan omdat ze de interactie van het individu met zijn of haar sociale, en daardoor sterk variabele omgeving reguleren.

Hoe; door de kwalitatieve en kwantitatieve verschillen in hun regulerende functies in de drie verschillende domeinen ontstaat een voor het betreffende individu kenmerkend en onderscheidend motivatieprofiel. Met dit profiel streeft het individu ernaar optimaal bij te dragen aan reproductief succes via twee aspecten van seksuele selectie die als het ware de twee kanten van dezelfde medaille vormen:

Om selecteren en adverteren gedragsmatig vorm te geven, maakt het individu gebruik van een relatief vaste sociale strategie om, via zijn of haar communicatie, het gedrag van anderen te beïnvloeden. Er is sprake van 'relatieve vastigheid' omdat deze strategie zowel:

Om aan beide voorwaarden te voldoen, genereert het individu toekomstverwachtingen die, in interactie met het motivatieprofiel en dus per sekse verschillend, leiden tot een risicozoekende of een risicomijdende strategie. Dit samenspel van factoren i.c. - sekse, risico, en drieledig motivatieprofiel - maakt een taxonomie van individuele verschillen in besluitvorming mogelijk, waarmee men keuzegedrag vergaand kan verklaren en zelfs voorspellen.

Wanneer ontstaan; verschillen in individuele besluitvorming zijn ontstaan op het moment dat er sprake was van een herkenbare differentiatie in zowel sekse als motivatieprofiel, waarbij het brein als onderscheidend orgaan functioneert.

Waar in de levensloop; het brein prioriteert uiterlijk rond het 4de levensjaar welke van de drie fundamentele motivaties het beste aansluit op de interactie tussen de genen en de sociale omgeving van het individu.

Meerwaarde

Meer weten? Zie Inleiding