1.3 Fylogenetisch cruciaal

Volgens Miller creëert seksuele selectie een evolutionaire positieve feedback loop van extravagante, complexe eigenschappen die hoge investeringen eisen en zich beperken tot één, specifieke soort. Meer specifiek fylogenetisch bezien geldt voor de eindvariabelen van de typologieën in relatie tot de ‘kenmerkende keuzeverschillen’ (individuele verschillen in besluitvorming):

1 Sekse

2. Motivatieprofiel

3. Sociale strategie

4. Life history

In schema: 1.3.1

Meer weten? Zie Fylogenetisch perspectief